My name is Bond

19 May

“Amerikanen zijn wel een beetje nep.” Ik hoor het vaak van bezoek uit Nederland. Wij Nederlanders zijn verleerd hoe we beleefd moeten zijn. Sterker nog, we zijn het zo erg verleerd dat we Amerikanen die wel beleefd en behulpzaam zijn uiterst wantrouwen. Ik heb dan ook al meerdere keren aan bezoekers moeten uitleggen, maak je geen zorgen, ze nemen je niet in de maling. Het is de cultuur hier om goede service te leveren. Om te onthouden wie wat heeft besteld. Om wijn te komen bijschenken zodra je glas (bijna) leeg is. Om je stoel aan te schuiven als je gaat zitten. Ze menen het echt. Ze faken niets. Heerlijk toch? Eigenlijk jammer, dat in het land van fake reality-tv, fake politics en fake boobies mensen oprecht aardiger voor elkaar zijn dan in ons down to earth, it’s all in the name, Nederland. Ik kan er persoonlijk erg van genieten, goede service. Mag ik in Amsterdam blij zijn als ze niet vergeten mijn bestelling door te geven aan de keuken, in New York schieten ze al in de stress als mijn glas water leeg is.

Ander voorbeeld. Haalt u een koffie bij Starbucks dan hoeft u geen nummertje te trekken zoals bij de slager of de bakker. Hier schrijven ze uw naam op de beker. Dan voelt het toch een beetje alsof ze dat kopje koffie speciaal voor jou hebben gezet. Die namen kunnen overigens wel problemen opleveren, want ze zijn in New York niet bepaald gewend aan onze oer-Hollandse klanken. Elke Nederlander heeft daarom een Amerikaanse alter ego: Jolijn wordt Julia, Marieke heet hier Mary en Anneke bestelt haar koffie als Ann. Mijn Amerikaanse alter ego stelt zichzelf voor als Sofia.

Uiteraard heb ik geprobeerd mijn Chai Tea te bestellen als Zosia. In Nederland kan ook niemand mijn naam spellen of uitspreken, dus wat is het verschil? Als gevolg heb ik de gekste dingen voorbij zien komen. Dosija (lijkt er niet eens op?), Sushi (blijkbaar had de medewerkster honger?) en tot slot, en voor mij tevens de druppel, Joshua (do I look like a guy??) Toen ik de volgende keer voor de grap zei, “My name is Bond, James Bond”, werd er echter niet om gelachen. Het donkere meisje achter de kassa bleef me met dezelfde dode verveelde blik aankijken als daarvoor, zonder ook maar een spier te vertrekken. “That will be $4,95.” Euhm, zou ze doorhebben dat het als grapje is bedoeld? Blijkbaar kunnen de werknemers zelf ook een shot cafeïne gebruiken in deze drukke ochtendspits. “Chai Tea for James?”

Service komt trouwens niet goedkoop. “Wat?! Fooi 20%??” Ook dit valt niet altijd goed bij de Nederlandse bezoeker. Het is natuurlijk even schrikken als er bovenop de rekening nog tax (btw) wordt berekend en dat u daar weer bovenop ook nog eens vijftien tot twintig procent fooi moet geven. Vooral Nederlanders hebben het hier even moeilijk mee. Ik probeer telkens zo goed mogelijk uit te leggen dat het salaris van de werknemers grotendeels bestaat uit de fooien die zij verdienen. En niet alleen het salaris van de ober maar ook die van het keukenpersoneel, de afwashulp en de waterbijschenker (ja dat is hier een heus beroep). En om het nog ingewikkelder te maken, ook de barman, de taxichauffeur en zelfs de kapper behoort u van fooi te voorzien.

De kapper, hoor ik u denken? Ja, om heel eerlijk te zijn zag ik die zelf ook niet aankomen. De eerste keer was ik op weg naar Central Park om te hardlopen, en liep ik in mijn joggingbroek en sweatshirt de kapsalon binnen om te informeren of ze vandaag nog een gaatje voor me hadden. Vijf minuten later zat ik in de kappersstoel. Gelukkig had ik wat kleingeld in mijn broekzak zitten. Maja, dan kom je bij de kassa en dan hangt er een bordje “Tip is not included”. Oeps. Onervaren als ik ben, vraag ik voorzichtig: I leave the tip with you? De vrouw die afrekent wijst naar een rij envelopjes. Aha juist, je stopt de fooi in zo’n klein wit envelopje en dan schrijf je de naam van je kapster erop. Hmm, had ik nou maar beter opgelet toen ze zichzelf aan mij voorstelde, ook onderdeel van de persoonlijke service. Ik stop daarom maar snel vijf dollar in het envelopje en geef het blanco terug aan de kassajuffrouw. Ze zullen het zelf wel uitvogelen.. toch?

Maria, dat was haar naam, is tegenwoordig mijn vaste kapper. Ik weet niet of ze ooit haar envelopje heeft gekregen en uit schuldgevoel ben ik daarom haar vaste klant geworden. Ze glimlacht als ik binnenkom, ik ben een van haar favoriete klanten, vertrouwt ze me elke keer toe. Blijkbaar neemt ze me de misser van de eerste ontmoeting niet kwalijk, al zal ik nooit weten of ze me echt favoriet vindt of dat ze alleen aardige dingen zegt vanwege de extra dollar fooi die ik elke knipbeurt in het envelopje stop ter compensatie van de vijf dollar die ze de eerste keer wellicht niet heeft gekregen. Ach ja, Maria is blij, ik ben blij, ze kan gelukkig ook goed knippen. Alleen vraag ik me af en toe af wat haar echte naam is. Madeira, Magdalena, Marjolein? Gelukkig heb ik mijn Hollandse wantrouwen nog niet verloren. Immers, niets is wat het lijkt in Amerika. We zijn allemaal een beetje fake.

IMG_0685

2 Responses to “My name is Bond”

  1. leonie's avatar
    leonie May 21, 2013 at 12:58 pm #

    Hi Zos / Sofia, ik vind je Bond-grap wel leuk! 🙂 Over 11 dagen zijn mijn alter-ego en ik al in NY! X Leonie

    • Zosia's avatar
      Zosia May 21, 2013 at 1:20 pm #

      Zin in, bijna al! Van jouw naam kunnen we vast ook een leuk alter ego maken 😉

Leave a reply to Zosia Cancel reply